Skip to main content

Bron: De Gelderlander

NIJMEGEN – Tot in de grachtengordel ontstond #ophef over de nieuwe voetgangersbrug van Nijmegen: rolstoelonvriendelijk, dus niet ‘inclusief’. Dat veroorzaakte een bittere, humorloze discussie. Moet anders, vindt ook April Ranshuijsen, politicus van GroenLinks en zelf afhankelijk van een rolstoel. ‘Ik wil de discussie een treetje hoger trekken.’ 

‘Frank Houtappels (journalist De Gelderlander) schreef zaterdag een mooie reflectie op de #ophef over de brug. Ik kan me zeer vinden in wat hij schrijft. Maar ik wil de discussie een treetje – ook ik zie het belang van humor – hoger trekken.

Beweging die gaande is

Ik geloof niet dat de heftige reacties puur gaan over deze brug die per se toegankelijk moet zijn of er anders nooit mag komen. De discussie die nu oplaait over de voetgangersbrug in de Waalhaven laat iets anders zien. De brug staat symbool voor een emancipatiebeweging die gaande is.

Een beweging over uitsluiting en opkomen voor het recht op gelijke voet mee te kunnen doen. Ook als je een beperking hebt.

Strijd

De felle reacties komen voort uit een enorme strijd die je met een beperking continu voert. Het is de optelsom van alles waar je elke dag extra moeite voor moet doen: ondersteuning bij het gewassen en aangekleed in je rolstoel komen voordat je naar je werk of opleiding gaat. En dat door steeds weer andere mensen voor wie je je moet uitkleden.

Het taxibusje dat weer eens te laat komt terwijl je als blind persoon liever met toegankelijk openbaar vervoer zou gaan. De brief van de gemeente die veel te moeilijk is geschreven. Het elke dag overal moeten uitleggen wat je wel of niet kunt. Het steeds moeten invullen van tientallen formulieren bij tig verschillende instanties terwijl jouw omstandigheden niet veranderd zijn. De zoveelste keer via een aftandse zijingang of goederenlift een winkel, museum of gebouw moeten betreden.

Of een brug die niet toegankelijk is waardoor je een enorm eind moet omlopen

Symbool

Deze niet inclusieve brug staat voor mij symbool voor de pijn van een grote groep mensen die elke dag weer moeten knokken om erbij te horen. Mensen die elke dag moeten bewijzen dat ze het waard zijn om rekening mee te houden. En dat accepteren mensen niet meer.

De discussie rondom deze brug gaat wat mij betreft over het fundamentele vraagstuk hoe wij onze samenleving willen inrichten. Is de beperking van een persoon het probleem of zit het probleem in de manier waarop we de omgeving inrichten? Kiezen we ervoor om mensen uit te sluiten of wordt toegankelijkheid de norm, zoals ook veiligheid dat is?

Voor iedereen

Ik kies voor het laatste. En daarom vind ik dat we de ontstane situatie met deze brug moeten gebruiken om vanaf nu scherpere en meer transparante keuzes te maken. Toegankelijkheid moet de norm zijn. En als dat op welke reden dan ook een probleem oplevert, dan gaan we daarover in gesprek.

Dan zoeken naar een inclusieve oplossing óf een gelijkwaardig alternatief. Omdat we in Nijmegen een stad voor iedereen willen zijn.’